Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Tegen welken hij ook [40]mannen [41]vergaderd had, en werd overste ener bende, als David [42]die doodde; en getrokken zijnde naar [43]Damaskus, woonden zij aldaar, en regeerden in Damaskus. 40. Versta, krijgslieden, die den koning van Zoba gediend hadden, en nu onder het beleid van Rezon, die van zijn heer afgevallen was, zich lieten gebruiken om zijn land en het land daaromtrent gelegen af te lopen en te plunderen. 41. Namelijk, zijn heer Hadad-Ezer. 42. Namelijk, Syriers van Zoba. 43. Zie van deze stad Gen.14:15. Deze stad heeft Rezon overweldigd, en daaruit het garnizoen [van David daarin gelegd, om die onder zich te houden, 2 Sam.8:6], uitgedreven, en alzo het regiment daarvan ingenomen.